Met het initiatiefwetsvoorstel ‘Slimmer straffen’ stellen de initiatiefnemers Joost Sneller (D66), Derk Boswijk (CDA) en Jesse Six Dijkstra (NSC) wijzigingen voor van het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek van Strafvordering en enkele andere wetten die betrekking hebben op de invoering van elektronische detentie als hoofdstraf en enkele wijzigingen in de regeling van de taakstraf. De Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) is positief over invoering van elektronische detentie als hoofdstraf voor volwassenen, maar heeft een aantal kanttekeningen bij de manier waarop deze in het initiatiefwetsvoorstel is opgenomen.
De RSJ is geen voorstander van de invoering van elektronische detentie als hoofdstraf voor jongeren
Ook ziet de RSJ nog andere mogelijkheden waar elektronische detentie kan worden ingezet, bijvoorbeeld als executiemodel in het kader van detentiefasering en het gebruik van de enkelband bij een voorlopige hechtenis. De RSJ heeft geen bezwaar tegen de voorgestelde taakstrafverhoging voor volwassenen, maar vraagt zich af of deze verhoging echt noodzakelijk is en of daar in de praktijk behoefte aan is.
Niet voor jeugdigen
Als het om jeugdigen gaat, komt de RSJ tot een andere conclusie. De RSJ is geen voorstander van de invoering van elektronische detentie als hoofdstraf en heeft bezwaar tegen de verhoging van het maximumaantal uren taakstraf. De noodzaak en de meerwaarde van zowel een elektronische detentie als een ‘langere’ taakstraf voor jeugdigen ontbreekt. Bovendien ziet de RSJ risico’s wanneer deze voorstellen voor jeugdigen worden doorgevoerd.
Belang van een lange termijnvisie
Ten slotte merkt de RSJ een tegenstrijdige ontwikkeling op. Het pakket aan maatregelen dat de rechter kan inzetten wordt namelijk aan de ene kant ingeperkt (taakstrafverbod, art. 22b Sr en art. 77ma Sr) en aan de andere kant uitgebreid (door de voorgestelde nieuwe en verruimde strafmodaliteiten). De RSJ vindt dit zeer ongewenst. Het is belangrijk dat bij de ontwikkeling van nieuwe wetgeving uitgegaan wordt van een langetermijnvisie waarbij de verschillende ontwikkelingen goed op elkaar aansluiten.
