Op 1 maart 2014 is de wet in verband met de uitbreiding van biometrische kenmerken in de vreemdelingenketen (Wbvk) in werking getreden. Volgens de Adviesraad Migratie (15 juli 2025) is het nut van de in de wet opgenomen bevoegdheden inmiddels voldoende aangetoond.

Ook beveelt de Adviesraad aan om meer toezicht te houden op de toepassing van het PIL door middel van interne controle

In die wet werden bevoegdheden opgenomen voor de volgende, aan elkaar gerelateerde, maatregelen:

  1. Een uitbreiding van de categorieën vreemdelingen waarbij afname van tien vingerafdrukken en een gezichtsopname toegestaan wordt;
  2. De centrale opslag van deze gegevens in de Basisvoorziening vreemdelingen; en
  3. De koppeling van biografische en biometrische gegevens aan één (toe te kennen) vreemdelingennummer.

In artikel 115 van de Vreemdelingenwet 2000 werd bepaald dat deze bevoegdheden twaalf jaar na inwerkingtreding van de wet zouden vervallen. Het nu voorliggende voorstel heeft betrekking op het laten vervallen van artikel 115 Vw 2000, waarmee deze bevoegdheden voor onbepaalde tijd van kracht blijven. Wel beveelt de Adviesraad aan om de continuering van de bevoegdheden uit de Wbvk samen te laten gaan met een wettelijke verplichting om – indien van toepassing – het Protocol Identificatie en Labeling (PIL) ook altijd te volgen en deze verplichting op te nemen in een algemeen verbindend voorschrift, het Vreemdelingenbesluit 2000. Ook beveelt de Adviesraad aan om meer toezicht te houden op de toepassing van het PIL door middel van interne controle.